Opdrachtformulering: een dinosaurus of draak tekenen, waarbij de houding, compositie en kleurgebruik een vertrouwd en vriendelijk gevoel oproepen bij de toeschouwer, alsof het een huisdier is waarmee je graag optrekt.
Volgens mij is deze opdracht zinvol. De leerlingen zoeken een afbeelding van een dinosaurus of draak die hen het meeste aanspreekt. Als ze niets vinden dat ze goed vinden, zoeken ze meerdere afbeeldingen en maken ze 1 schepsel uit verschillende geknipte onderdelen. Het nieuwe schepsel dat zo ontstaat moet wel in proportie zijn.
De eerste oefening voor de leerlingen is een compositie zoeken die het dier in een positief daglicht plaatsen. De tweede oefening is om het dier van de referentiefoto op het blad te plaatsen, in een kader, met de juiste verhoudingen.
De basislijnen worden vervolgens overgetrokken met een fijn kleurstiftje (de leerlingen kiezen zelf welk kleur). Als dit gedaan is krijgen ze dezelfde kleur van ecoline waarmee ze de schaduwen mogen weergeven op het dier. De leerlingen mogen zeker niet het hele dier inkleuren. Ze moeten leren kijken naar de schaduwpatronen, en de ecoline leren aanbrengen in zowel onverdunde als verdunde vorm, en ook nat in nat etc.
Op het einde mogen ze textuur aanbrengen op de huid, maar niet overal, zeker niet als er veel schubben zijn. Door hier en daar een beetje textuur uit te werken krijgt het dier ook diepte en wordt het meer gedefinieerd.
Op het einde wordt de kader ingevuld met een techniek naar keuze, de enige vereiste is dat ze wel in hetzelfde kleur blijven.
Het resultaat ziet er goed uit, en de leerlingen hebben niet alleen techniek bijgeleerd maar ook geraakt aan de principes van compositie, kleur en gelaat (en hoe dit het gemoed bepaalt).
